“Uit dit rapport blijkt dat het IT-landschap in Nederland nog altijd in beweging is. Door het coronavirus is dit in een stroomversnelling gekomen. Organisaties zagen zich gedwongen om in één keer snel op te schalen en hebben behoefte aan oplossingen om veilig gedistribueerd te werken”, aldus Stijn Grove, Managing Director van de DDA. “Dat vergt veel meer van systemen, die daar niet altijd op berekend zijn. Daarmee moeten strategische beslissingen over veranderingen aan de IT-architectuur snel naar voren worden gehaald. Dit rapport vervult dan ook een concrete behoefte en vormt een goede leidraad voor IT-afdelingen die nu nadenken over veranderingen in hun toekomstige IT-architectuur.”
De gevolgen van data gravity voor de IT-architectuur
Uit het onderzoek blijkt dat organisaties de noodzaak inzien om in hun IT-architectuur rekening te houden met de gevolgen van data gravity. Daar hoort onder andere een verandering bij van een applicatie-centrische naar een data-centrische strategie. Die applicatie-centrische visie is het gevolg van silovorming binnen organisaties die – paradoxaal genoeg – is ontstaan doordat IT-taken één voor één naar de cloud zijn verplaatst. Daardoor dreigen organisaties hun grip kwijt te raken op de eigen data, met de nodige risico’s voor de veiligheid en de continuïteit.
Door de data centraal te stellen bij strategische keuzes rond de cloud, de opslaglocatie van data en de achterliggende infrastructuur, kunnen Nederlandse organisaties sneller en flexibeler reageren op ontwikkelingen.
Het rapport ‘De impact van data gravity op IT’ is in opdracht van NorthC Datacenters en de Dutch Data Center Association opgesteld door onderzoeksbureau Pb7 Research.